zaterdag 20 februari 2010

LEUK ZO'N DAKKAPEL



Uit eigen ervaring weet ik dat het prettig is om een dakkapel te hebben. Eerst even dit, ik tracht via internet uit te vinden waarom de bekende uitbouw bovenop het dak eigenlijk kapel wordt genoemd. Ik kom er niet achter, als iemand het weet hou ik me aanbevolen. Het woord kapel associeer ik van oudsher met een klein kerkje. Een mariakapelletje bijvoorbeeld. Enfin, een hedendaagse dakkapel geeft extra licht en ruimte en het is een genot om er een te hebben.

Binnen een dag is zo'n gevaarte al op je dak te plaatsen, je betaald er een aardig centje voor maar dan heb je zogezegd ook wat. Langs de wijkring bespeur ik veel kapellen op het dak, en in een zijstraat aan de Isebrandtsheerd, richting de Zuidwending, is elk huis voorzien van zo'n dakuitbouw. (foto boven) Vanzelfsprekend moet zo'n uitbouw onderhouden worden. Ook van buiten. En dat levert soms halsbrekende toeren op, zie foto rechts.
In Beijum, aan de Froukemaheerd, zit een bouwbedrijf die dakkapellen plaatst: Tegenwoordig is het vrijwel in iedere gemeente toegestaan om zonder bouwvergunning een dakkapel te plaatsen en daarmee een rommelzolder te veranderen in een bruikbare ruimte. Bouwbedrijf xxxxxxx levert traditioneel geprefabriceerde dakkapellen. In onze eigen werkplaats vervaardigen wij, met een degelijke houtskelet-constructie, een complete dakkapel, die vervolgens in één dag geplaatst en afgewerkt kan worden.
De aannemer heeft liever niet dat zijn naam en de naam van zijn site wordt gepubliceerd. "Ik heb het zo druk, ik hoef er eerst geen werk bij te hebben."

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Zet ze zwart neer zeker heb werk zat ha ha ha

Kees Huizenga zei

In heb gesnuffeld in mijn etymologisch Prisma woordenboek, Het Spectrum BV, Utrecht, 2004.

Kapel 1: mannelijk, afgeleid van het Middenlatijn 'cappella', eigenlijk 'manteltje'; oorspronkelijk de mantel van St. Maarten van Tours (316-397), door de Frankische vorsten bijzonder vereerd als relikwie; bij uitbreiding kerkgebouw, waarin de relikwie door de Merovingen en de Karolingen werd bewaard.
De betekenis 'klein kerkgebouw' komt omstreeks 800 in gebruik.

Kapel 2: 'vlinder': mannelijk, 'capelle', waarschijnlijk hetzelfde woord als kapel 1 en wel in de betekenis 'mantel', vergelijk de Noord-Nederlandse namen rouwmantel en ouder pellarijnvogel.

Toevoeging:
Kapelaan, mannelijk, capellaen, oorspronkelijk geestelijke, belast met de zorg voor de heilige cappella, zie kapel 1.

In van Dale, "Groot Woordenboek der Nederlandse Taal", staan elf betekenissen van het woord kapel.

Een kapel is tevens (5) "een tegen een muur aangebracht kastje, kleine nis voor een beeld of relikwie, ook in huis om een beeld of vaas in te plaatsen".
Een kapel is eveneens (9) "een uitgebouwd dakvenster met spitse kap ter versiering van grote dakvlakken, syn. koekoek".

Mijn idee is dat een uitgebouwd dakvenster in het verleden mede gebruikt kan zijn voor plaatsing van een beeld, relikwie, vaas, etc. Een uitgebouwd dakvenster of een dakkapel heeft nu een seculiere nuttigheidsfunctie. Goed voor het uitzicht, het woongenot en de waarde van een woning.

Hint: een dakkapel kan mede worden gebruikt voor persoonlijke meditatie! Als huiskapel...

Anoniem zei

Een dakkapel is een blaasorkest zonder hoogtevrees.

(René)